Een visverhaal "De mooiste vis"

Wormen scheppen
We gaan de haven in, op jacht naar grote baarzen. En daarvoor hebben we wormen nodig, en dat betekent dat we eerst konijnen gaan pesten, onze eigen konijnen welteverstaan. Want wat wil het geval? In ons tuintje hebben we een hok met daarin twee konijnen en een cavia. Aan dat hok vast zit een buitenren, Snuffie, Soesie en Otje de cavia hebben besloten dat rennen vermoeiend is en hebben dit buitengedeelte gebombardeerd tot de perfecte plek om te wildpoepen. En dat betekent… Wormen! Twee scheppen en een stuk of 30 dikke regenwormen zitten in het madenbakje en kunnen we eindelijk op pad.

Materiaal
Voor deze gelegenheid vissen we met hengels die normaal gebruikt worden om met de dobber op snoekbaars te vissen. Super-parabolisch en bijna 3 meter lang. Een eenvoudige schuifdobber en een grote haak maken het af. Een grote haak? Ja, we hebben ontdekt dat de wurm veel beter op een grote haak blijft zitten. Daarnaast zijn baarzen vaak erg gulzig en is het gewoon een stuk makkelijker onthaken, ook niet onbelangrijk. Vissen maar!

De haven
Op veel plekken in de havens van Amsterdam mag je niet komen. Maar als je met de fiets op pad gaat, zijn er toch vaak verassend veel mogelijkheden. Aan uitpeilen doen we niet, baarzen zwemmen immers op alle waterlagen, ligt de dobber plat? Dan gaat-ie een meter omhoog, makkelijk zat. Soms duurt het even voordat je vis gevonden hebt, maar dan kan het ook echt los gaan. Baarzen tot dik in de 40 cm, ‘zwemmende bakstenen’, noemen wij ze.

Foto’s kijken
Het eerste wat we doen als we thuis komen is foto’s kijken. Handen wassen doen we later wel. Dan genieten we na en plannen direct een volgende keer. Zolang de konijnen en de cavia hun werk blijven doen, hebben wij aas genoeg. Voor de rest is het een kwestie van fietsen, ingooien en keihard genieten van kromme hengels.