Jaar voor jaar

1997 
AHV Nota karperbeleid verschijnt met daarin twee belangrijke wijzigingen in het karperbeheer, bedoeld om de spiegelkarper te behouden voor het AHV-water. 

Onderhoudsdosis spiegelkarper (gemiddeld circa 25 kilo per jaar) uitzetten op de bekende vier plassen (Gaasperplas, Sloterplas, Kinselmeer, Amstelveense Poel) en in een select aantal sierwateren om het bestaande bestand op een aanvaardbaar peil te houden. 

Uitzetten van spiegelkarper in boezemwater om een nieuw spiegelbestand op te bouwen. 
Om deze laatste ingreep te kunnen volgen (monitoren) werd besloten om alle boezemspiegelkarpers voorafgaand te fotograferen en te meten en te wegen. Voor dit project wordt subsidie gevraagd en gekregen bij de OVB.

1998 
Op 25 juni vindt de eerste officiële geheel gemonitorde uitzetting plaats van 137 k3,5 Valkenswaardspiegelkarpers in het Zuider-Amstelkanaal. (k staat voor (poot)karper en het getal erachter voor het aantal zomers=groeiperiode dat de karpers mochten groeien alvorens te worden geleverd.) Ongelukkigerwijs wordt die dag in de buurt per abuis een partij van circa 50 kilo spiegelkarpers ongefotografeerd uitgezet. 

In september wordt een tweede uitzetting gedaan met Valkenswaardspiegels op dezelfde uitzetplek. Ongeveer de helft van die vissen vertoont afwijkingen in staartwortel en soms aan de rugwervel. 

We maken een flyer in grote oplage om de naamsbekendheid te vergroten. 

Begin juli wordt de eerste karper teruggemeld van de Amstel (circa 3 km van het uitzetpunt). Terugmeldingen komen het eerste jaar vooral van vaste hengelaars en van jongens/mannen van ons projectteam. Waarschijnlijk als gevolg van hoge waterafvoer (en daarmee voedsel) door heel veel regen, valt de groei tegen. Van de septemberuitzetting verdwijnt een aanzienlijk deel (tenminste 35 van de 180) in fuiken op het Amsterdam Rijnkanaal circa 8 km van het uitzetpunt. De karpers zouden zijn teruggezet.

1999 
In juni vindt de derde uitzetting plaats. Het gaat om k2,5 spiegelkarpers die zijn opgekweekt in netten bij de Amercentrale. Zowel het percentage als de graad van afwijkingen van staartpartij zijn fors toegenomen. Deze uitzetting gaat de wereld in als ‘de klapstaartenlichting’. Ons project doet, gestaafd met plankfoto’s, z’n beklag bij de OVB. De voersamenstelling zou de schuldige zijn. De AHV krijgt als schadevergoeding in 2000 van de OVB een partij van 250 kilo gratis. 

We staan voor de eerste keer met een stand op de beurs in Zwolle en in november houden we een dialezing voor regio Zwolle. Terugmeldingen uit beperkte (eigen) kring. Ondanks folders en mond-tot-mondreclame blijken veel hengelaars geen boodschap te hebben aan oproepen. We maken kennis met het fenomeen snelgroeiers: zes pond in een groeiseizoen is geen uitzondering. Enkele terugmeldingen van verder dan 20 km van het uitzetpunt doen vermoeden/vrezen dat er veel leegloop uit het AHV-gebied zal optreden. En dan vooral in richtingen tussen zuid en oost. Gemiddeld komt een terugmelding van circa 7 km van het uitzetpunt.

2000 
In juni vindt de vierde uitzetting (160 stuks) plaats. Nu in de Westlandgracht: een uithoek van de Amstelboezem. Voor deze plek is gekozen om te kijken of de karpers in deze hoek blijven hangen. Het gaat om een afwijkend Valkenswaardtype van gemiddeld 1200 gram. In november vindt de eerste uitzetting plaats van Duitse consumptievissen in een ander deel van de boezem: het Abcoudermeer. 

De eerste prijzenavond wordt gehouden. Een vaste hengelaar wint de meeste prijzen. Het totaal aantal terugmeldingen loopt op tot 140. Het totaal aantal terugmelders blijft vrij laag (15). Een paar fanatieke terugmelders uit eigen kring melden circa 20% van het aantal uitgezette vissen terug vanuit de Westlandgracht. 

De eerste 15 ponder (uitzetting juni 1998) wordt teruggemeld. De vis groeit van mei tot december ruim 6 pond. De gemiddelde afstand tot het uitzetpunt stijgt niet verder (circa 7 km). Verre terugmeldingen (20 kilometerplus) blijken vooralsnog uitzonderingen. Opmerkelijk is een duo projectspiegels dat bij Maarssen terechtkomt in een zijwatertje van de Vecht (circa 26 km).

2001 
In oktober wordt een uitzetting gedaan in de Amstelkanalen. Het betreft 300 stuks k2 Valkenswaardspiegels met ongetwijfeld een rijenkarper-gen. Het is de eerste partij die in Duitsland is grootgebracht. Het gemiddelde gewicht is vrij laag (1100 gram) en de exemplaren onder de 35 cm worden elders ondergebracht. 

SKP Weesp en Omstreken wordt opgericht en doet als buurproject een eerste (bescheiden) uitzetting in de Amstelboezem. De foto’s worden ook bij ons project ondergebracht. Het aantal terugmeldingen loopt op tot 220. Vooral jonge gasten doen fanatiek mee met het vangen en terugmelden. De groei van de in het Abcoudermeer uitgezette Duitsers groeien gemiddeld ruim 6 pond per groeiseizoen (april/december). Een stuk harder dan de Valkenswaarders. Die blijken een gemiddelde groei van 4 pond in de eerste 2 jaar na uitzetting niet vast te houden. Opmerkelijk is ook dat bij sommige van de Valkenswaardvissen van de eerste lichtingen al (tijdelijke) groeistagnatie optreedt.

Een jaar met veel terugmeldingen uit oostelijke richtingen, Nieuwe Diep en IJmeer, vooral om en nabij het koelwater van de UNA-centrale. Bijzonder is vooral de dubbele terugmelding uit die contreien van een lederkarper die in 1999 uit het Vondelpark is verhuisd. De oude vis groeide in die periode ruim 10 pond tot 17 pond.

2002 
In oktober en november vinden uitzettingen plaats. De eerste partij (250 stuks) is er een van Valkenswaardmakelij, de tweede (150 stuks) betreft Franse vissen uit Villedon. De Valkenswaarders zijn vrij klein van stuk en in verband met overleving wordt besloten om wederom de exemplaren onder de 35 cm en circa 750 gram niet uit te zetten op boezemwater. Hoofd-uitzetpunt blijft de Amstelkanalen maar er wordt nu ook uitgezet in de Van Tienhovengracht in Amsterdam-west en in het riviertje de Bullewijk bij Ouderkerk aan de Amstel. Ongeveer de helft van de partij is te klein. Veel visjes vertonen op de staart verschijnselen van pokken. De partij Franse vissen is juist vrij groot van stuk. Veel vissen zijn fors beschadigd door vangst en vervoer. 

Wederom bijna 80 terugmeldingen. Nu van 19 verschillende hengelaars: een record. Ongekend is de ‘oogst’ aan 2001-rijens. 20 teugmeldingen in twee maanden tijd van een warmwaterstroompje in de Amstel op circa 4 km van het uitzetpunt.

Hoewel de groei van oudere (Valkenswaard)projectspiegels behoorlijk blijft, zakt de gemiddelde groei terug naar 2,5 pond per jaar. Er worden verschillende vissen (van de eerste lichting) tussen de 18 en 19 pond teruggemeld. De Duitsers van Abcoude vallen ook terug in groei. Een jaar met veel beweging in de projectspiegels. Onder meer meldingen vanuit Vrouwenakker (25 km zuid), Breukelen (27 km zuidzuidoost) en Huizen (35 km oostzuidoost). De gemiddelde afstand tot het uitzetpunt stijgt tot bijna 9 km. Het is voorlopig het laatste jaar dat vissen van de Westlandgracht-uitzetting in de Westlandgracht zelf worden gevangen. Terugmeldingen vanuit Uithoorn, IJmeer en Abcoude doen vermoeden dat de Westlandgrachters massaal op drift zijn geraakt. Uit onvrede met de leveringen starten we met een eigen kweekprogramma in Amsterdam op een klein nieuw gegraven water.

2003 
Het gesubsidieerde deel van het project is afgelopen. Het Viskweekcentrum Valkenswaard is niet langer in handen van de OVB maar overgenomen door Jan van Mechelen. Er werd een kleine uitzetting (50 stuks) gedaan in de Van Tienhovengracht (westelijk deel) met Hongaarse spiegels geleverd via Valkenswaard. De laatste prijzenavond in februari wordt goed bezocht. Mede door Hengelsport Osdorp hebben we weer een mooie prijzentafel. 

Toch nog 70 terugmeldingen in het eerste jaar zonder prijzen. Het groepje inzenders is ook ongeveer even groot. De bekendheid van het project bij het karpervisserspubliek is veel groter. De rijenkarpers van 2001 blijven het bijzonder goed doen en maken het grootste deel van de terugmeldingen uit.

De erste 20 ponder is een feit. Het is een Duitser van nov. 2000, uitgezet en teruggevangen in Abcoude. De oudere Valkenswaarders blijven voorlopig steken bij ruim 19 pond. Het begint op te vallen dat een behoorlijk deel van de Klapstaartprojectspiegels uit 1998 en 1999 blijven steken in lengte en gewicht. De Franse vissen (Villedon) doen het op enkele uitzondering na nog niet bijzonder goed.  De verspreiding vindt nog steeds plaats al gaat het gemiddeld genomen langzaam. Ongeveer 85% van de terugmeldingen tussen 0 en 15 km van de uitzetpunten 15% verder dan dat. Wat ook begint op te vallen, is dat je in het tweede jaar na uitzetting de meeste terugmeldingen krijgt. Daarna neemt het vrij snel af. Consumptievissen (Duitsers/Fransen) lijken geringere afstanden af te leggen dan Valkenswaarders. 

Bijzonder terugmeldingen van een aangrenzend watersysteem nabij Muiderberg (circa 20 km). Niet duidelijk is via welke sluis/sluizen deze projecters zijn gegaan. Wel duidelijk is dat karpers geregeld migreren tussen het IJmeer en de Amstelboezem en dat doen via het koelwatersysteem bij de UNA. De aanwezige Sifonsluis vormt nauwelijks een belemmering. De karper ‘Vondeltje’ wordt zowel buiten als binnen nog een paar keer gevangen en weegt ruim 20 pond. 

Het eigen kweekproject levert in augustus/september een paar duizend kleine spiegeltjes op, maar het probleem is waar je ze vervolgens laat opgroeien tot een kilo? In bijna alle verenigingswater zit snoek en anders aalscholvers.

2004 
Dit jaar wordt het eindrapport van het SKP afgerond. Vanuit het bestuur wordt er een statisticus ‘op gezet’, het geheel wordt er niet leesbaarder op. Hoewel de georganiseerde uitzettingen voorbij zijn worden er nog wel kleine gerichte uitzettingen gedaan om meer gegevens te genereren. Een uitzetting van ruim 30 Duitsers in de Amstel moet meer helderheid brengen over de zwemlust van Duitsers en andere ‘vleeskarpers’. De gemiddelde Abcoudeduitser gaat niet ver van huis. 

Anno maart 2004 wordt de balans opgemaakt: 392 terugmeldingen ontvangen van 282 verschillende karpers. 204 karpers werden 1 keer gevangen. 54 karpers werden 2 keer gevangen, 14 karpers 3 keer, 6 karpers 4 keer en 1 karper 6 keer. Aan het eind van het jaar hebben we 470 terugmeldingen. 

Veel van de teruggemelde Duitsers van Abcoude schieten dit jaar over de 20 pond. Ook de Fransozen maken een sprint en ook daarvan gaat de eerste al over de 20 pond. Een gemiddelde groei van 7 pond per groeiseizoen. Nog altijd geen officiële melding van een Valkenswaarder over de 20 pond. 

Schrikbarend weinig terugmeldingen van de 2002-lichting. Een aantal van de vissen dat wel wordt teruggemeld heeft karperpokken. Niet dodelijk maar wel een teken van slechte weerstand. Opvallend is dat op delen van de boezem waar normaal veel vandaan werd gemeld nu veel minder opleveren. Ook opvallend veel niet eerder gemelde projectspiegels dit jaar. Er lijkt een volksverhuizing te hebben plaatsgevonden maar niet duidelijk is waar precies naartoe. 

Voor het eerst wordt duidelijk dat projectspiegels over ‘homing instinct’ beschikken waarbij ‘huis’ wordt ervaren de omgeving waar ze na uitzetting een tijdje (1 jaar?) hebben rondgezwommen. Een karper van de Amstel bij Amsterdam maakt een tijdelijk uitstapje naar Abcoude en een vis van Driemond doet tussentijds Diemen aan. 

De Kweekvis van de Westlandgracht die in 2003 weer vrijgelaten is in de Amstelboezem laat zich weer zien op de plek waar ie het laatst werd gevangen Amstel Omval. Vervolgens wordt de vis (om voor meer nakomelingen te zorgen) uitgezet in een ‘kweekvijvertje’ bij het Noordzeekanaal.

2005 
Het eindrapport wordt gepresenteerd en aangeboden aan de OVB Er wordt ruim 10.000 euro aan subsidie verleend. Ook zonder subsidie gaan we gewoon door met gegevens verzamelen. Er is een kleine uitzetting met Duitsers in de Schinkel. Het aantal terugmeldingen eindigt weer rond de 70. 

Het zwaartepunt van de terugmeldingen in km gemeten vanaf het uitzetpunt verschuift nog nauwelijks wat betekent dat vooralsnog de uitgezette karpers in hoofdzaak (75 % van de terugmeldingen) binnen de grenzen van AHV-boezemwater blijven. Veel van de in september ’98 en juni ’99 uitgezette karpers (Valkenswaardtype) vertonen een stagnerende groei. De overige (Valkenswaard) uitzetlichtingen vertonen wel een behoorlijke groei van gemiddeld ruim 2,5 pond per groeiseizoen. De buitenlandse rassen blijken zoals verwacht harder te groeien dan het Valkenswaardtype. Gemiddeld groeien deze in de eerste jaren na uitzetting 4 pond per jaar in de boezem met uitschieters tot 8 pond per jaar. 

Een snel groeiend aantal terugmeldingen betreft spiegelkarpers die in dezelfde regionen al eerder werden gevangen. Dit wijst op plaatsgebondenheid. Het aantal voor het eerste gemelde spiegels daalt elk jaar, maar is ook onderhevig aan grote wisselingen. Duidelijk is dat de kans op een ‘nieuwe projectspiegel’ groter in gedeeltes van de boezem waar weinig of niet wordt gevist. 

Steeds duidelijker wordt dat de Valkenswaardlichting van 2002 goeddeels mislukt is. Het percentage terugmeldingen is slechts een fractie (3% van het aantal uitgezette vissen). Een voorstel om voor deze ‘mislukte uitzetting’ in z’n geheel te vervangen/compenseren wordt door het bestuur afgewezen. In augustus duikt de Kweekspiegel op in de Amstel in Uithoorn. Het kweekvijvertje bleek een open verbinding met het Noordzeekanaal te hebben. Onduidelijk is hoe de vis gezwommen is maar hij heeft minimaal 30 km afgelegd. 

Vondeltje ‘doet’ ruim 24 pond in het IJmeer in maart.

2006 
Voor de zesde keer staan de mannen van het projectteam in februari op de grootste karperbeurs in Europa, in Zwolle om daar voorlichting te geven. Er is een handleiding SKP-en te koop en inmiddels zijn er ruim 30 Spiegelkarperprojecten met een zelfde monitoringssyteem in Nederland. 

In november wordt de ‘nieuwe Valkenswaarder’ geïntroduceerd. Het is een kruising tussen een Valkenswaard en een Villedonvis. We doen een kleine uitzetting in de Schinkel om een `vergelijkend warenonderzoek` te kunnen doen. Het zijn kleine maar mooi beschubde k2 spiegels. Het gewichtrecord wordt verbeterd. Het betreft een Franse (Villedon) spiegelkarper uit 2002. In oktober 2004 is deze vis voor het eerst teruggevangen in het Abcoudermeer (16 km zuidzuidoost van het uitzetpunt) bij lengte van 71 cm en een gewicht van 21 pond. Oktober 2006 wordt de vis uit dezelfde omgeving gemeld: de lengte is 80 cm en het gewicht 28 pond en 1 ons. 

Het zwaartepunt van de terugmeldingen in km gemeten vanaf het uitzetpunt blijft vrijwel onveranderd. Gemiddeld komen de terugmeldingen van ongeveer 8 km van het uitzetpunt. 

De ‘spiegelkarperdichtheid’ gerekend over een heel jaar, is in veel gedeeltes van de boezem significant toegenomen zoals vooral in 2006 blijkt. Het lijkt erop dat de teruglopende schubkarper-aantallen een grote rol speelt bij het oplopende percentage spiegelkarpers. De beoogde circa 30% van de totale hengelvangst aan karper wordt in grote delen gehaald. De verspreiding is niet gelijkmatig en wisselt bovendien. In sommige gedeeltes van de AHV-boezem (niet noodzakelijk verder weg gelegen) ligt dat percentage soms nog onder de 10%.

2007 
Mede uit onvrede over de leveringen van Viskweekcentrum Valkenswaard wordt op 2 februari een proefuitzetting van 100 kilo (35 stuks) spiegelkarpers afkomstig van een Franse kweker met als tussenpersoon Koos Walters gefotografeerd en uitgezet in de Amstelkanalen. In het najaar van 2007 worden nog eens 55 Stuks daarvan ingezet in het project. 

In maart 2007 worden ruim 80 (bek)beschadigde spiegelkarpers uit de Bosbaan verwijderd en gefotografeerd en wel uitgezet in de Schinkel. Er wordt een afgesloten plas toegevoegd aan het Spiegelkarperproject: de NoorderIJplas bij de Coentunnel. Deze is voorzien van 45 gefotografeerde (Koos)spiegelkarpers. De groeiverwachtingen zijn hoog gespannen. 

In 2007 komt het totaal aantal terugmeldingen op ruim 700. Dat is ruim 100 meldingen voor 2007. Er komt weer een aantal nieuwe terugmelders bij waarvan sommigen tot ons geluk zeer ‘productief’ blijken te zijn. Het gewichtrecord is op ruim 28 pond blijven staan. De vis die najaar 2006 dat gewicht op de schaal bracht is dit jaar in de zomer twee keer op 25 pond gevangen. Het aantal projectspiegels dat 20 pond of meer weegt is daarentegen wel fors gestegen van 7 in 2006 naar 25 in 2007.

Het zwaartepunt van de terugmeldingen in km gemeten vanaf het uitzetpunt is licht gestegen. Gemiddeld komen de terugmeldingen van ongeveer 9 km van het uitzetpunt. Opmerkelijk is de zwemdrift van de pas uitgezette Bosbaanpapegaaien. Gemiddeld worden die gevangen op 18 km van het uitzetpunt. erschillende lang ‘vermiste’ projectspiegels van de eerste lichting (juni ’98) komen dit jaar weer tevoorschijn: sommigen ver van huis onder andere in het Gooimeer (tot 35 km zuidoost.). 

Zo langzamerhand ontdekken we verschillende ‘pendelroutes’ van karpers. Er wordt bijvoorbeeld via de Weespertrekvaart druk gependeld tussen De Diemen en de Amstel. D eerste melding van de Kromme Mijdrecht (25 km zuid) is een feit. De vis wordt later in het jaar door dezelfde vanger wederom gevangen. Nu in de Amstel bij Uithoorn! 

Na zes jaar kunnen we de eerste terugmeldingen van het project van Weesp in AHV-water begroeten. Het kan haast geen toeval zijn dat die vissen afkomstig zijn van de uitzetting in de Gaasp aan onze kant van het Amsterdam-Rijnkanaal. We hebben intussen voldoende aanleiding om te vermoeden dat het Amsterdam-Rijnkanaal migratie van karpers tegenhoudt! De ‘spiegelkarperdichtheid’ voldoet in veel gedeeltes van de Amstelboezem, aan de beoogde circa 30% van de totale hengelvangst aan karper. Die dichtheid loopt op sommige stukken op tot 80%! Zegt ook iets over de ingestorte schubkarperbestanden. De Kweekvis is via Noordzeekanaal en Amstel bij Uithoorn terug in de Amstel bij Amsterdam! (homing instinct). Met bijna 25 pond een van de grootste Valkenswaarders.

2008 
Een jubileumjaar: ons SKP bestaat 10 jaar. Het wordt gevierd met een originele SKP-wedstrijd in het laatste weekend van augustus. De wedstrijd waarbij iedereen kan gaan zitten waar ie wil, is een groot succes. Veel enthousiaste (ruim 35) deelnemers en redelijke vangsten. Een oogst van 17 projectspiegels waaronder een paar gloednieuwe. Verrassend genoeg komt de winnaar van de Westlandgracht. Er worden echter geen Westlandgrachters gevangen. De mooie prijzen worden op een speciale SKP-avond uitgereikt. 
De site www.Spiegelkarperprojecten.nlwordt geopend. Het aantal terugmeldingen komt waarschijnlijk boven de 100 uit. Brengt het totaal op 800. Het aantal twintigponders stijgt snel. Ook de Valkenswaarders, met uitzondering van de Klapstaarten, halen dat nu veelvuldig. Alle gemelde Villedonners zitten boven de 20 pond. De top van de Valkenswaarders komt vrijwel zonder uitzondering uit de juni ’98 lichting en ligt tussen 25 en 28 pond.

Opvallend genoeg worden er van de buitenlandse rassen ook nog geen vissen boven de 30 pond gemeld. Een Villedonner doet in september 28 pond en 2 ons en is officieel nu de grootste. De recent uitgezette projectspiegels (2004 tm 2007) doen het qua groei zonder uitzondering goed. Wat migratie betreft lijkt het erop dat verschillen tussen Abcoudeduitsers en Valkenswaard meer samenhingen met de uitzetplek dan met iets anders. De `nieuwe Duitsers` en Fransosen komen van gemiddeld circa 8 km van het uitzetpunt. Van het nieuwe product van Valkenswaard krijgen we niet veel meldingen (7 stuks is 7%) maar de groei is zeer bemoedigend, dichter bij de buitenlandse rassen dan bij de Valkenswaarders. 

Weer eens een jaar (net als 2004) met veel beweging in de projectspiegels. Dat resulteert in een verheugend aantal nieuwe vissen van oude lichtingen op bekende stekken. Door het gegroeide aantal meldingsbereidwillige karpervissers hebben we nu documentatie voor wat we in 2004 vermoedden: een ‘volksverhuizing’ van projectspiegels. In dit geval van de in 2007 productieve Weespertrekvaart en De Diemen naar de Amstel. De Kweekvis is nu steady op de Amstel bij Amsterdam. Van Vondeltje al bijna 3 jaar niks vernomen.